De zin van verhalen weven, delen en denken in organisaties
Over de betekenis van verhalen in veranderingsprocessen
Vanmiddag kijken we naar het weefsel van de organisatie waarbinnen wij werken of waarvoor wij werken. In iedere organisatie is het spanningsveld tussen de regels en het beleid aan de ene kant en de ervaringen en belevingen van medewerkers aan de andere kant aan de orde. Kunnen professionals in een organisatie trouw blijven aan hun passie en hun idealen? Waar vinden ze de energie om door te zetten en vol te houden als de regels en de procedures tegenwerken. Kunnen verhalen in dit spanningsveld als voertuig dienen om een cultuurtransformatie op gang te brengen? Kunnen zzp-ers of medewerkers in buurtzorg, op een school, in een praktijk of instelling verhalenderwijs ook openingen maken voor verandering? Er zijn in de afgelopen zes jaar twee spannende en vernieuwende boeken verschenen die een kleine ritselende revolutie teweegbrachten in organisatieland. Het eerste verscheen in 2009 en heet Veranderdiagnose, met als ondertitel de onderstroom van organiseren. Auteur: Rob van Es. De tweede De corporate tribe, organisatielessen uit de antropologie en verschenen in 2015, van Daniëlle Braun en Jitske Kramer.
Cultuur: De onderstroom van organiseren
Het eerste boek valt op omdat Van Es op een heel bijzondere manier de cultuur van een organisatie in beeld brengt met de metafoor van ‘de onderstroom’. Hij werkt veel met films, verhalen, beeldende kunst en poëzie om die onderstroom zichtbaar te maken. Hij laat ook mooi zien hoe die onderstroom van invloed is en kan zijn op de ‘bovenstroom’. Die is zichtbaar in beleidsmaatregelen, strategie en doelstellingen. Het loopt heel stroef in een organisatie als er en mismatch is tussen de bovenstroom en de onderstroom. Een goede match vindt plaats op het moment dat medewerkers speelruimte krijgen en nemen om hun idealen, hun passie en hun betrokkenheid te ijken aan de geformuleerde visie en missie. Waar die speelruimte geboden wordt, komt een organisatie tot leven en wordt de uitstraling naar buiten en naar binnen versterkt. Die speelruimte wordt gekwalificeerd door drie polen: ruimte voor het delen van verhalen, ruimte voor levende dialoog en ruimte voor gezamenlijke bezinning: doen we de dingen goed bij ons en doen we de goede dingen? Bij alle drie vertellen, dialogeren en bezinnen wordt de creatieve kracht van de werkzame verbeelding van medewerkers op waarde geschat. Zeker als het er om gaat om weer flow in het netwerk te krijgen.
Cultuur zit in de ruimte tussen mensen
Het tweede boek is geschreven door twee cultureel antropologen. Het is geschreven vanuit een antropologische blik. En die blik let vooral op de levende en geleefde cultuur in een netwerk: zoals die tevoorschijn komt in verhalen bij het koffiezet apparaat, of in rituelen en omgangsvormen zoals die zich laten zien op de werkvloer. Zo krijgen deze antropologische onderzoekers zicht op de overal aanwezige en toch vaak zo ongrijpbare cultuur van een organisatie. Zo’n gedeelde cultuur zit diep in het DNA van een netwerk en is allesbepalend en doordringend. Cultuur ontstaat tussen mensen en is iets wat mensen elkaar aanleren. Het is al datgene wat geleerd, gedeeld en doorgegeven wordt tussen mensen en tussen generaties. Cultuur zit zo diep verankerd in ons denken en doen als professionals dat het moeilijk is om outside the box over het eigen cultuurpatroon na te denken, laat staan over een transitie van die cultuur. In het laatste deel van hun boek presenteren deze corporate antropologen vijf vormen van cultuurcreatie in een organisatie. En ieder type verbinden ze met een totempaal, een symbool dat het verlangen naar een cultuurverandering symboliseert.
In beide bijzonder boeken speelt het ophalen en verzamelen van geleefde verhalen een sleutelrol. Zonder die verhalen krijgen noch de medewerkers noch de leiding van een organisatie zicht op de reële geleefde identiteit van de organisatie. Ieder organisatie heeft een verhaal en is een verhaal. Het is de kunst in veranderprocessen om die twee op nieuwe manieren op elkaar te betrekken. De verbinding tussen bovenstroom en onderstroom kan verhalenderwijs steeds opnieuw ontwikkeld worden door professionals zelf.
Wat Els, Aat, Cocky en ik vanmiddag met jullie samen tot leven laten komen is al verhalen wevend zicht te krijgen op de geleefde cultuur van het netwerk, waarin of waarmee een ieder van jullie werkt. We zetten elkaar in de rol van participerend onderzoeker die actief luistert naar het verhaal van anderen en zich creatief verplaatst in andere contexten, om zo zicht te krijgen op vragen en dilemma’s die spelen in het eigen netwerk. Door met elkaar in de speelruimte van de workshop verhalen te vertellen, te delen en te overdenken, willen we ieder van jullie ondersteunen in het ontdekken en verlenen van nieuwe zin en betekenis aan jullie werk.
Verhalen vertellen, delen en overdenken
Verhalen vertellen delen en overdenken is een belangrijk instrument om te bouwen aan vertrouwen en verbondenheid gebaseerd op onderling respect. Het vertellen van verhalen kan een kloof tussen leidinggevenden en medewerkers of tussen medewerkers onderling overbruggen, of bestaande beeldvorming doorbreken. Verhalen kunnen een leidinggevende helpen met lijf en leden tussen de leden van de werkgemeenschap te gaan staan en maatregelen te bedenken mét de medewerkers in plaats van voor hen. In een werkgemeenschap waarin structureel ruimte wordt geschapen om verhalen te vertellen, te delen en te overdenken, kan weer met hart en ziel gewerkt worden.
Een organisatie als verhaal
Op dit moment krijgt het concept ‘levend organisme’ of ‘levend weefsel’ meer gestalte in de organisatietheorie. Organisaties worden daarin beschouwd als levende gehelen, als netwerken die in hun kracht komen als alle krachten die er deel van uitmaken toegewijd zijn aan het geheel.
Organisatie als netwerk
Volgens Lenette Schuijt is een organisatie bezield als ze zich laat leiden door drijfveren en waarden ingegeven door de ziel: visie, missie, waarde en unieke kwaliteit. Sturen op de uniciteit van een organisatie in samenhang met het op gang brengen van een innovatie heeft de toekomst. Huidige organisaties worden platter, kennisintensiever en pluriformer en krijgen een netwerkachtige structuur. In de verhalen die medewerkers vertellen geven ze uitleg aan wie ze zijn en willen zijn als onderneming. Ze onthullen wat hun missie en ambitie is voor de toekomst, maar ook worden dilemma’s zichtbaar waarmee men worstelt en worden ervaringen verteld waar men plezier in heeft.
Verhalen als venster
Verhalen zijn als een venster, ze spreken niet alleen de ratio aan, maar doen een beroep op kwaliteiten als creativiteit, gevoel en verbeelding, kortom op heel de mens. Verhalen bieden daarom de mogelijkheid samenhang aan te brengen in de veelvoudige en contrastrijke werkelijkheid waarin professionals in hun organisatie of netwerk opereren. Mensen zijn betekenisgevers en zinmakers. Betekenis en zin worden geconstrueerd in dialoog met de omgeving, met anderen en met onszelf. In het verhaal dat mensen vertellen over zichzelf en de organisatie spelen universele motieven een rol. Want ieder mens streeft enerzijds naar zelfbevestiging en zelfprofilering en anderzijds naar verbondenheid en betrokkenheid bij een groter geheel.
Het verhaal van een organisatie
Het verhaal van een organisatie is vaak het verhaal van management en directie. Maar er leven altijd meerdere, soms verborgen verhalen in de organisatie. Daarom is dialoog, vertellen en overdenken levensnoodzakelijk in een instelling. In een vitale organisatie dient voortdurend gezocht te worden naar een balans tussen de ruimte voor eigen initiatief van medewerkers en het afstemmen op elkaar.
Verhalen vertellen in een organisatie
Verhalen kunnen aangeven wat er leeft in een organisatie en waarom zaken al dan niet lopen. De ruimte die ontstaat en geschapen wordt voor het onderling uitwisselen van verhalen kan eenheid teweegbrengen, en gemeenschapszin creëren. Professionals krijgen zo meer zicht op hun eigen werk, kunnen meer betekenis toekennen aan hun taak en krijgen ook meer inzicht in elkaars werkzaamheden. Wie zo de regie over het eigen werk terugvindt, kan ook opnieuw gemotiveerd raken voor het geheel.
Laten we gaan beproeven hoe we al verhalend zicht krijgen op die wonderlijk paradox: trouw blijven aan je idealen en tegelijk creatief om te leren gaan met regels, procedures e.d. We zullen het aan den lijve ervaren. Verhalen slaan bruggen tussen onderstroom en bovenstroom en maken een diepgaande cultuur transformatie mogelijk. Laten we gaan vertellen!
Bas van den Berg
Collectief Werken met Verhalen.
Utrecht, 24 maart 2017
Berg, B. van den (2008). De roep om een nieuw verhaal. Een pleidooi voor een vitale en veerkrachtige organisatieontwikkeling in de kennissamenleving van de 21e eeuw. Utrecht: Marnix Academie.
Berg, B. van den (2009).‘Verhalen vangen, vervlechten en creëren. Narratieve werkvormen om de kwaliteit van identiteitsgesprekken in de school te verbeteren en te verdiepen.’ In: Hermans, C. & Th. van der Zee. (red.).Identiteit als verhaal van de school. Budel: Damon.
Berg, B. van den, A. van der Harst, C. Fortuin-Van der Spek & H. Wassink (2011).Onze school is een verhaal. Identiteit als kwaliteit, Amersfoort: CPS.
Bohlmeijer, E., Mies, L. & G. Westerhof (2007). De betekenis van levensverhalen.Theoretische beschouwingen en toepassingen in onderzoek en praktijk. Houten: Bohn Stafleu & Van Loghum.
Braun, D., Kramer, J. (2015). The Corporate Tribe. Organisatielessen uit de antropologie. Alphen aan de Rijn: Vakmedianet.
Es, R. van (2009). Veranderdiagnose. De onderstroom van organiseren. Deventer: Wolters Kluwer.
Gersie TA \l "Gersie" \s "Gersie" \c 3 , A. & King TA \s "King" , N. (1992). Storymaking in education and therapy, London: Education Press.
Harst, A. van der, Van den Berg, B. & Fortuin-Van der Spek, C. (2007).Verhalen verbinden. Ruimte voor vertellen op de school, Amersfoort: CPS.
Kearney TA \s "Kearney" , R. (2002). On Stories, Abingdon: Routledge.
Loon, R. van en J. Wijsbek (2003). De organisatie als verhaal. Dialoog en reflectie als uitgangspunt voor de ontwikkeling van organisaties, leiders, teams en medewerkers. Assen: Van Gorcum.
Ricoeur, P. (1984-1988).Time and Narrative, Chicago: University of Chicago Press.
Sennett, R. (2012).Together.The Rituals, Pleasures & Politics of Cooperation. London: Penguin.